Cannelloni met zalm, garnaaltjes, spinazie en saffraansaus

Step 1

Snipper de sjalotten. Smelt de boter in een steelpan op laag vuur en fruit de sjalot in 2 min. zacht.

Step 2

Verkruimel de saffraan tussen je vingers en meng met het hete water. Voeg de wijn toe aan de sjalot, breng aan de kook en laat 1 min. inkoken.

Step 3

Voeg de saffraan met aanhangend water en de slagroom toe en laat 15 min. zachtjes koken. Breng op smaak met peper en eventueel zout.

Step 4

Pureer glad met de staafmixer.

Step 5

Kook ondertussen de lasagnevellen in een pan met ruim water en eventueel zout in delen in 4 min. beetgaar.

Step 6

Doe de zalm en ricotta in de hoge beker van de staafmixer en pureer glad. Snijd de bieslook fijn en schep met het venkelzaad door de vulling.

Step 7

Spoel de garnalen onder koud stromend water, dep droog en schep ¾ ervan door de vulling.

Step 8

Verhit de olie in een koekenpan en verwarm de vulling 2-3 min. op laag vuur.

Step 9

Leg telkens 2 el van de vulling op een lasagnevel en rol op als een cannelloni. Houd de cannelloni lauwwarm onder een bord.

Step 10

Verhit de rest van de olie in een grote hapjespan en sauteer (kort aanbakken) de spinazie in delen tot hij grotendeels geslonken is.

Step 11

Verdeel de spinazie over borden (houd 2 el per 4 personen apart) en leg de cannelloni erop.

Step 12

Schenk de saffraansaus erover en verdeel in het midden de achtergehouden spinazie erover. Verdeel de rest van de garnalen erover.